MaarNormaal nr. 13 artikel 6

 

 

Eupener impressies

We zijn met het hele koor een weekendje naar Eupen getrokken op invitatie van het plaatselijke Marienchor. Onze kinderen ontdekten elkaar, wij deden terrasjes. We zongen zelf, we hoorden mooie koren en we leerden de bewoners en de streek kennen. En we zagen dat het er goed was. Heel goed was.

 

De tweede treinwagon was helemaal voor ons en daar maakte kleine Stijn (ik noem hem maar Stijn, je kunt op één weekend niet al die namen uit elkaar houden) graag gebruik van. Via de bagagerekken verplaatste hij zich tussen de compartimenten, hier en daar steun zoekend op een uitstekend hoofd of een losse pols. Of liever nog, een knie, Stijn heeft iets met knieën; een beschikbare knie gaat hij nooit uit de weg. Liezelotte had koekjes mee, ook voor de andere kindjes, de papa van Wouter had genoeg tekenpapier voor iedereen en we waren blij dat Heribert met twee auto’s aan het station van Eupen stond om de bagage en Carine mee te nemen.

Heribert Kever is de sympathieke voorzitter van het Marienchor, die nog sympathieker werd door met ons mee naar de jeugdherberg te stappen. Ook voor onze latere verplaatsingen bleek er telkens een Marienchorlerbeschikbaar te zijn om ons over binnenwegjes, achtertuintjes, parkeerterreinen en schoolspeelplaatsen te leiden waarmee we het meest vlakke traject realiseerden. Want Eupen is, zoals Rome, bekend voor zijn heuvels. Vooral ’s namiddags hadden we daar plezier van, wanneer Heribert ons meenam op de meest heuvelige wandeling rond Eupen, met mooie uitzichten, leuke paadjes en een uitermate geschikt caféterrasje.

Heribert spreekt overigens uitstekend Nederlands, en hij is daar niet eens trots op. In Eupen lijkt nagenoeg iedereen Nederlands te spreken. Tenminste, leden van het Marienchor doen dat, pastoors, winkeliers, cafébazen… Duits, ja, dat hadden we wel een beetje verwacht, maar ook Frans, het “platt”-dialect, Engels én Nederlands. Qua tweetaligheid kan dat tellen.

Het GMK in de zaal Capitol in Eupen


’s Avonds zongen we een van onze beste concerten. Saal Capitol was om vijf uur nog een koelvak, maar dan een gelambriseerd en bruin koelvak met nijver organiserende Marienchorlerntallenkanten, met een geheel zelfstandig opererend lichtorgel in tegenlicht en een warmtekanon in de flank. Maar om negen uur stonden we op het podium te stomen, we gaven het beste van onszelf en van Kodály, Nees en de anderen. De kippengaasversiering kwam spontaan in resonantie, de glazen van de bar zetten zich aan het dansen, de zware gordijnen deinden in de voordeurtocht. Het publiek werd enthousiast maar kon gelukkig zijn wilde impulsen bedwingen (behalve rond Altweiberkarneval zijn deze mensen welopgevoed en gedisciplineerd) zodat iedereen op zijn genummerde stoeltje bleef zitten en meer conventionele wegen zocht om zijn voldoening te uiten. (We verkochten na afloop 14 cd’s).

Voor de pauze had het meisjeskoor Lirica de toon gezet. Een andere toon, weliswaar. Gelukkig was er die pauze, want het contrast was groot, en nu hebben we het even niet over kwaliteit of muzikaliteit, maar over de manier waarop een koor zich presenteert, zijn stijl, hoe het zijn publiek aanspreekt, hoe het die kwaliteit en muzikaliteit realiseert. Dat deed Lirica adembenemend. Klasse. Correct kleurig uniform, functionele bewegingen, mooi gevarieerd programma, genuanceerde uitstraling, vlekkeloze presentatie… We reizen om te leren.

Heribert Kever bedankt het GMK en Lirica - foto: Filip Van Lancker

Na onze prestatie werden we in de kelder opgewacht. Die was ondertussen droog en warm geblazen, de perfecte plek om na te zingen en te drinken met het Marienchor en Lirica. Wat we in ons glas kregen was misschien geen Appellation contrôléemaar de Nees-versie uit de Marienchor-kelen was dat zeker wel. Onder die titel brengt het Marienchor trouwens deze herfst een cd uit - we kijken er naar uit. Een mannenkoor op zo’n niveau, dat heeft toch iets. Een drinklied klinkt meteen beschaafd, een berglied is verscheurend. Als uniform kozen ze een keurig buisje dat we ons niet gauw zien dragen, maar dat het volmaakt doet. Kortom, iedereen voelde zich blij en vrolijk. En wij ondertussen maar bedankt en opgehemeld worden - terwijl we alleen maar genoten, en we hielden nóg drankbonnetjes over.

Over naar de jeugdherberg waar we, naar keuze of omstandigheden, van een heerlijke nacht genoten of een slapeloze, of beide. Zodat iedereen present en fris aan het uitgebreide ontbijt verscheen inclusief warme chocolademelk voor kinderen en gelijkgestelden. Terwijl onze reisgenoten de vaat voor hun rekening namen, trokken wij om half negen door berg en dal naar de Sint-Nikolaus Pfarrkirche om er het Hochamtop te luisteren met Callaerts. Een mooie fris ogende kerk, voorzien van een stevig oksaal en een Nederlandskundige pastoor, waar we met plezier nog eens een dankwoordje en felicitaties ondergingen. (Alweer goed voor 15 verkochte cd’s).

Een en ander verantwoordde ten volle een aperitiefje op het zonnige kerkplein, zodat we ons goed toegerust aan de al dan niet vegetarische kip met frieten konden zetten. Er was tijd om nog wat na te zonnen, de bagageauto’s reden voor, de kinderen trokken ons voor naar het station, we wuifden de Marienchordelegatie op het perron na, de oogjes van Stijn begonnen al te blinken, en voor we het beseften was de trein op weg naar het grauwe Gent.

MC

 

Konzert der musikalischen Botschafter Flandern


Het feestelijke concert was door het Marienchor met heel veel zorg voorbereid. Het mocht wat kosten, en zo werden twee koren uitgenodigd “die in hun respectieve domeinen tot de absolute topklasse behoren: het Gents Madrigaalkoor en het meisjeskoor Lirica uit Genk” (we vertalen gewoon ...

dirigent Heinz Piront - foto: Filip Van Lancker

  

100 Jahre Kgl. MGV Marienchor Eupen


Het Marienchor van Eupen (voluit: het Königlicher Männergesangverein Marienchor Eupen) werd op 29 augustus 1905 opgericht, kreeg in 1955 de titel “koninklijk” en organiseert in 2005 een feestjaar. Behalve het concert met twee Vlaamse culturele ambassadeurs, komen er o.m. nog...

 


© v.z.w. Gents Madrigaalkoor